Straathoekwerk
met thuislozen
Bel ons
Rights first : reconsidérer l'accompagnement et l'accès aux droits sociaux pour les personnes les plus vulnérables

Het Rights First-project

Een nieuwe kijk op de begeleiding van en de toegang tot sociale rechten voor de meest kwetsbare personen

Het Rights First-project biedt de mogelijkheid om het huidige proces van begeleiding van kwetsbare personen en het beleid om de toegang tot sociale rechten te vergemakkelijken, te heroverwegen. Innovatie is het sleutelwoord van dit project. Het stelt dan ook nieuwe partnerschappen voor en nieuwe manieren om het integratiebeleid te versoepelen. Het is opgebouwd rond drie werkgebieden: toegang tot een minimuminkomen, huisvesting en werkgelegenheid. Het project zal worden geëvalueerd over een periode van 30 maanden (van 1 januari 2022 tot 30 juni 2024).

Context

Het Rights First-project maakt deel uit van het Europese programma voor werkgelegenheid en sociale innovatie ‘EaSI’ 2014-2021, dat rechtstreeks door de Europese Commissie wordt gefinancierd. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering levert eveneens een financiële bijdrage. Dit programma beoogt de uitvoering van de 2020-strategie ter bevordering van een hoog niveau van duurzame en kwaliteitsvolle werkgelegenheid, een gepaste en fatsoenlijke sociale bescherming om sociale uitsluiting en armoede aan te pakken, en de verbetering van de arbeidsomstandigheden. Het beantwoordt aan een algemene wens om tegen 2030 een einde te maken aan dakloosheid.

De Europese Commissie heeft dit programma opgezet om te voldoen aan sociale behoeften, door op zoek te gaan naar sociale innovaties (diensten, producten of modellen) en beleidsexperimenten. Een van de elementen die een einde kunnen maken aan armoede en uitsluiting en waarop de Europese Commissie haar aandacht richt, is het garanderen van een minimuminkomen, van huisvesting en werkgelegenheid, zodat mensen een fatsoenlijk leven kunnen leiden en hun waardigheid kunnen herwinnen. Het behoeft geen betoog dat de pandemie die ons de laatste twee jaar heeft geteisterd, de sinds 2014 geboekte vooruitgang op de helling heeft gezet. Hoewel ze in alle lidstaten van de Europese Unie zijn ingevoerd, moeten de regelingen voor een minimuminkomen worden herzien en gemoderniseerd. Het Rights First-project past in dat kader.

Op voorstel van minister Alain Maron, minister van Sociale Actie en Gezondheid, heeft het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (nu Vivalis) eveneens financiële middelen toegekend aan het Rights First-project. Dit project houdt rechtstreeks verband met de doelstellingen van het regeerakkoord voor de legislatuur 2019-2024, aangezien het de effectieve erkenning van rechten activeert en de toegang tot werk en duurzame huisvesting vergemakkelijkt. De financiële steun van Vivalis is ook ingegeven door de vernieuwende dimensie van het project dat meerdere actoren samenbrengt.

Om de twee jaar voert Bruss'help een straattelling uit om te schatten hoeveel mensen er op straat of in ongeschikte huizen leven (shelters, kraakpanden, enz.). In 2020 werd hun aantal op 5313 geschat. Hoewel de oorzaken van dakloosheid divers zijn, leidt het vaak tot verlies van sociale rechten – sommige mensen hebben zelfs nog nooit toegang tot dergelijke rechten gehad – wat kan leiden tot administratieve ‘verdwijning’.

Dit fenomeen doet zich herhaaldelijk voor bij personen die op een bepaald ogenblik officieel op het Brusselse grondgebied aanwezig zijn en uiteindelijk uit het Rijksregister worden geschrapt omdat ze geen woon- of referentieadres hebben. Om deze vicieuze cirkel te doorbreken, is administratieve ondersteuning en hulp bij het vinden van huisvesting en werk van essentieel belang.

Het Rights First-project

Het Rights First-project wil verschillende doelgroepen aanspreken. Het onderzoekt onder meer de mogelijkheid om de sociale rechten van daklozen met een grillig administratief statuut in Brussel te heractiveren, zodat ze in België zelf hun leven in handen kunnen nemen. Het staat ook open voor bijvoorbeeld mensen met een inkomen die een fatsoenlijke woning zoeken.

Het Rights First-project draait immers rond drie krachtlijnen: toegang tot het minimuminkomen, tot huisvesting en tot werkgelegenheid. Het is een unieke gelegenheid om het huidige proces van begeleiding van kwetsbare personen te herbekijken, evenals het beleid om de toegang tot sociale rechten te vergemakkelijken. Wat regelmatig ter discussie wordt gesteld, is de traagheid van de diensten op alle niveaus en de complexiteit van de stappen die moeten worden ondernomen om opnieuw een fatsoenlijk leven te leiden.

Innovatie is het sleutelwoord van dit project. Het stelt dan ook nieuwe partnerschappen en nieuwe manieren voor om het integratiebeleid te versoepelen in het kader van een post ante en ex post evaluatie over een periode van 30 maanden (van 1 januari 2022 tot 30 juni 2024).

Het doel van dit project is de administratieve procedure voor het snel ontvangen van een inkomen, het vinden van een woning of een nieuwe baan te vereenvoudigen. Deze administratieve vereenvoudiging zou op lange termijn kunnen worden uitgebreid tot een breder publiek.

Partners

Als coördinator leidt Bruss’help het Rights First-project in goede banen.

Als overheidsinstantie spelen de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (ocmw’s) een cruciale rol in het vergemakkelijken van de toegang tot sociale rechten, waaronder het minimuminkomen. Aangezien het er alleen al in Brussel 19 zijn, zal hun overkoepelende orgaan, de Federatie van Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, bijdragen tot het debat over beleidsverbeteringen. Vier ocmw’s (uit de gemeenten Vorst, Brussel-Stad, Oudergem en Sint-Gillis) zullen echter concreet aan het project en het evaluatieproces meewerken. Een andere overheidsinstantie die bij het project betrokken is, is Actiris, waarvan de expertise inzake begeleiding van werkzoekenden zou kunnen worden uitgebreid tot daklozen.

Andere dienstverleners die rechtstreekse begeleiding bieden aan kwetsbare personen, zullen een meerwaarde geven aan het project door hun eigen expertise te delen:

  • DIOGENES, dat zich toelegt op straathoekwerk;
  • Hobo, dat een dagcentrum beheert en mensen begeleidt om hen opnieuw aan werk te helpen;
  • 't Eilandje, dat oplossingen voor duurzaam en betaalbaar wonen voorstelt voor Brusselse daklozen, alsook een dienst voor thuisbegeleiding nadat men in de woning zijn intrek heeft genomen (S.Ac.A.Do);
  • New Samusocial, dat verschillende types van huisvesting beheert (noodopvang, transitwoningen en Housing First).

Er zijn ook samenwerkingsverbanden opgezet met Crisis, een Britse liefdadigheidsinstelling, en St Joan de Déu Serveis Socials, een sociale dienst in Barcelona. Deze beide organisaties hebben een holistische aanpak ontwikkeld om dakloosheid aan te pakken en zullen de Belgische partners begeleiden. Hun expertise zal zeker een verrijking zijn in alle fasen van het project.

Hoe? De holistische aanpak

Het project heeft als doel daklozen in Brussel te begeleiden[1] via een holistische aanpak en door te focussen op:

  • administratieve inschrijving om de sociale rechten te reactiveren (woon- of referentieadres en minimuminkomen);
  • begeleiding bij het zoeken van een woning en het daar blijven wonen;
  • integratie op de arbeidsmarkt. Om de integratietrajecten te analyseren, zullen we kijken naar de uitgangssituatie van de begunstigden.

Twee scenario's kunnen bijvoorbeeld worden overwogen:

  • in het eerste geval gaat het om een dakloze begunstigde, die op straat slaapt of gebruikmaakt van noodopvang of een transitwoning, en niet ingeschreven is bij de gemeente (dus geen contact heeft met een ocmw) en ook geen toegang heeft tot sociale bijstand, huisvestings- of werkgelegenheidsdiensten. In dat geval zal het traject waarschijnlijk beginnen met het reactiveren van de rechten of het zoeken van een transitwoning.
  • in het tweede scenario is de begunstigde dakloos, verblijft hij of zij misschien in een opvangtehuis of transitwoning en heeft hij of zij al toegang tot het minimuminkomen dankzij de bijstand van een ocmw. Dit integratietraject stelt voor om de toegang tot de arbeidsmarkt te vergemakkelijken via coaching, opleiding en het zoeken van werk, gekoppeld aan steun bij het vinden van stabiele huisvesting.

Elk scenario voorziet in uitzonderingen, aangezien integratietrajecten niet in steen gebeiteld zijn. Daarom zal een holistische aanpak op basis van een nieuw partnerschap het verschil maken voor een dakloze.

Om de aanpak nog te versterken, haalt het project inspiratie uit het werk van onze Europese partners: Crisis en Sant Joan de Déu. Er zullen peer support en opleidingen worden georganiseerd op basis van de intervisiemethode, met het oog op het uitwisselen van praktijken en kennis tussen de projecten, door de aandacht te vestigen op complexe situaties en onbevredigende resultaten.

Dat betekent dat er samenwerkingsverbanden tussen de betrokken partners opgezet en versterkt moeten worden. Een dergelijk partnerschap heeft het potentieel om het hele traject te bestrijken, dat loopt van de straat of een opvangplaats van korte duur naar een vaste woning en job. Deze holistische aanpak van de dienstverlening zal het voor daklozen die momenteel geen beroep kunnen doen op overheidsmiddelen, gemakkelijker maken om hun rechten te laten gelden op een toereikend minimuminkomen en andere uitkeringen.

Opvolging en evaluatie

Opvolging en evaluatie zijn centrale elementen in dit project en zullen worden uitgevoerd door een externe deskundige. Het opvolgings- en evaluatieproces zal het mogelijk maken om het project zelf, de vooruitgang in het behalen van de doelstellingen, de zwakke punten en verwezenlijkingen ervan te onderbouwen, en te bepalen hoe het zich moet ontwikkelen om aan de behoeften van de begunstigden te voldoen. Op basis van een ex-ante/ex-post-benadering zullen de partners kunnen garanderen dat het project een blijvende impact heeft. Daarom zal de evaluatie betrekking hebben op de nieuwe partnerschappen, de effectiviteit en efficiëntie van de toegang tot sociale rechten en de tevredenheid van de betrokken begunstigden.

Innovatie

Dakloosheid is een belangrijk en prioritair thema voor sociale innovatie. Dienstverleners uit de sector van daklozenhulp kunnen een sleutelrol spelen in sociale innovatie, en de sector heeft ondersteuning nodig bij het ontwikkelen, testen en opschalen van innovaties, om dakloosheid te bestrijden en zo mee de doelstellingen te verwezenlijken van de pijlers inzake sociale rechten van de Europa 2020-strategie.

Elke as waaruit dit project is opgebouwd, brengt op zich al beperkingen in tijd en middelen mee. Het Rights First-project biedt een ruimer antwoord en versterkt de dialoog tussen de verstrekkers van diensten aan daklozen. De holistische aanpak die het recht op een minimuminkomen, op huisvesting en werk omvat, is nieuw voor de Brusselse sector en kan worden uitgebreid tot andere domeinen van de strijd tegen dakloosheid, zoals gezondheidszorg en onderwijs.

Bovendien zijn de partnerschappen innovatief omdat ze daklozendiensten en overheidsinstanties samenbrengen, en tegelijk verschillende beroepsgroepen combineren die normaal gezien niet met elkaar in contact komen wanneer het om de aanpak van uitsluiting gaat.

Rights First pleit voor transversaal werk: professionals die met daklozen werken, kunnen innoveren door met hun diensten buiten hun traditionele kader te treden en zo de toegankelijkheid en betrokkenheid te verbeteren.

In het algemeen is er veel ruimte voor sociale innovatie ter ondersteuning van het ontwikkelen, testen en verspreiden van de holistische benadering van dienstverlening die Rights First toepast.

Alle gepubliceerde informatie geeft alleen de mening van de auteur weer. De Europese Commissie is bijgevolg niet verantwoordelijk voor het gebruik dat eventueel wordt gemaakt van de informatie die zij bevat.


[1] De Europese Federatie van Nationale Organisaties die met Daklozen werken (FEANTSA) ontwikkelde ETHOS, een typologie voor thuisloosheid die daklozen indeelt volgens hun leef- of woonsituatie: https://www.feantsa.org/download/fr___2525022567407186066.pdf

  • Découvrez comment ce projet partenarial aide les personnes sans-abri à Bruxelles. Un projet co-financé par la Commission Européenne et avec le soutien de la COCOM